De zon gooit dag in dag uit bakken vol energie op ons neer – gratis en voor niks! Zonnepanelen pakken daar een deel van op en zetten het om in stroom. Hieronder leggen we simpel uit hoe dat werkt en wat er allemaal bij komt kijken. In 1839 ontdekte de Franse natuurkundige Becquerel het “fotovoltaïsche effect”: zonlicht dat stroom kan opwekken. Bij de meeste zonnepanelen gebeurt dit via het mineraal silicium. Wanneer zonlicht op de zonnecellen valt, komen er elektronen vrij in het silicium, wat zorgt voor spanning in de cel. Sluit je meerdere van die cellen op elkaar aan? Dan heb je een paneel waar stroom uit komt! Zelfs op een bewolkte dag werken zonnepanelen.
Schaduw: vriend of vijand?
Een zonnepaneel in de schaduw? Geen goed idee. Wanneer één cel in de schaduw valt, verliest het hele paneel aan opbrengst. Gelukkig helpen zogeheten ‘bypass diodes’ dat verlies te beperken door tijdelijk een beschaduwde cel te omzeilen. En heb je geen andere optie dan een paneel in de schaduw te plaatsen? Micro-omvormers en power optimizers helpen per paneel de stroom optimaal te benutten.
Watt-piek: de piekprestatie
Het vermogen van zonnepanelen wordt uitgedrukt in watt-piek (Wp), oftewel het maximale vermogen dat je paneel kan halen onder ideale omstandigheden. Installateurs gebruiken software die die piekprestaties vertaalt naar realistische opbrengstverwachtingen voor jouw dak in Nederland.
Panelen in zwart, blauw, en zelfs flexibel
Zo’n 95% van de panelen zijn siliciumpanelen en komen in zwart (monokristallijn) of blauw (polykristallijn). Bijna altijd zie je tegenwoordig zwarte panelen op woningen, puur vanwege de esthetiek. Heb je daken met minder zonlicht? Dan kan dunne-film een optie zijn; die werken bij bewolking vaak beter. Daarnaast zijn er gekleurde panelen, maar let op: die leveren een stuk minder stroom op.
Temperatuur: warmer = minder opbrengst
Wist je dat je zonnepanelen bij hogere temperaturen minder stroom opwekken? Stijgt de temperatuur met 10 graden, dan neemt de opbrengst af met zo’n 4,5 procent. Dus een goede ventilatie rondom de panelen is essentieel om het systeem koel te houden en zo de prestaties hoog te houden.
Omvormer: de spil van je systeem
De omvormer zet de gelijkstroom van de panelen om in de wisselstroom die je thuis gebruikt. Bij schaduwrijke daken kun je kiezen voor micro-omvormers per paneel, zodat je niet het hele systeem verliest als één paneel beschaduwd raakt. Een standaard omvormer gaat gemiddeld 12 jaar mee en moet vaak een keer vervangen worden tijdens de levensduur van je zonnepanelen.
Duurzaamheid: hoe zit dat met de CO2-uitstoot?
Hoewel het maken en recyclen van zonnepanelen energie kost, is de CO2-uitstoot tijdens de levensduur van een paneel een stuk lager dan bij fossiele brandstoffen. En dankzij nieuwe technieken dalen de emissies zelfs nog verder.
Opbrengst per maand en per regio
In Nederland schommelt de opbrengst flink per seizoen; van april tot augustus haal je het meeste binnen. Ook regionaal zie je verschillen: in het westen schijnt de zon gemiddeld intensiever dan in het oosten, wat tot 10% meer opbrengst kan betekenen.
Nieuwe technieken, meer toekomst
Innovaties zorgen ervoor dat zonnepanelen steeds meer stroom kunnen opwekken, minder grondstoffen gebruiken en beter recyclebaar zijn. Hiermee wordt zonne-energie in de toekomst nog duurzamer. De toekomst ziet er zonnig uit, letterlijk en figuurlijk!